Voeding en medicijnen
Wat een zeehond tijdens de opvang krijgt, wordt altijd bepaald door een dierenarts. Dit noemen we een behandelplan. Het geven van voeding en medicijnen wordt door een verzorger gedaan.
Voeding
Het dieet van een zeehond is een belangrijk onderdeel van het genezingsproces. De voeding die de zeehond bij ons krijgt, lijkt op wat ze in de natuur zouden eten. Daarbij letten we op:
- de hoeveelheid voedingsstoffen
- hoe vaak ze eten
- hoe ze eten
- hoeveel vocht ze binnenkrijgen
Voedinglijst
Voor iedere zeehond die we opvangen, stelt de dierenarts dagelijks een voedinglijst samen. Op die lijst staat precies wat de zeehond tijdens ieder voedingsmoment krijgt. De verzorgers gebruiken deze lijsten om het voedsel klaar te maken.
Vispap
In het begin van hun verblijf geven we de zeehonden een soort pap gemaakt van vermalen zalm. Hierin zitten veel belangrijke vetten, mineralen en andere voedingsstoffen. Ernstig verzwakte zeehonden kunnen de vispap een stuk makkelijker verteren dan vast voedsel. Vispap wordt met water gemengd als de zeehonden extra vocht nodig hebben.
Wist je dat…
Moedermelk van zeehonden niet na te maken is? Daarom voeren we zeehondenpups vispap.
Om de vispap aan de zeehonden te geven, moeten we ze dwangvoeren. We brengen een flexibele, zachte buis in de slokdarm met aan het uiteinde een trechter. Daar gieten we de pap in.. Dit is een snelle manier om de zeehonden te voeren. Snelheid is belangrijk om zo weinig mogelijk stress op te leveren bij het dier.
Haring
Wanneer de zeehonden overgaan op vast voedsel, geven we ze altijd haring. Haring is een voedzame en stevige vis, met een goede vorm voor dwangvoeding. Door bij een enkele vissoort te blijven, weten we hoeveel voedingsstoffen de zeehonden binnenkrijgen per kilo vis.
Onze haring komt uit Noorwegen en is van hoge kwaliteit: in principe is het goed genoeg voor menselijke consumptie. We kopen alle vis zelf in, het wordt niet gedoneerd. Zo weten we dat alle vis van goede kwaliteit is.
Bevroren vis
De vis is dus dood als we aan de zeehonden geven. De twee belangrijkste redenen:
- Het is ontzettend kostbaar om genoeg levende vis te kweken voor zeehonden. Soms hebben we honderden kilo’s per dag nodig!
- Het is ethisch onverantwoord om levende dieren aan roofdieren in gevangenschap te geven. Er zijn in Nederland regels over welke dieren wel en niet levend aan roofdieren gevoerd mogen worden. Dieren met een ruggengraat (dus ook vissen) mogen alleen maar dood als voedsel gebruikt worden.
De haring is al bevroren als we het binnenkrijgen. We bewaren het in een speciale vriezer, waar alleen maar voedsel voor de zeehonden mag staan. Door het te bevriezen blijft het langer goed, en is de kans kleiner dat er nog levende parasieten in zitten. Er wordt dagelijks genoeg haring ontdooid om die dag te voeren, maar het blijft nooit langer dan een dag liggen.
Dode vis leren eten
Je denkt vast: dat is toch juist makkelijk jagen? Maar zeehonden zijn niet gewend om dood vis te eten, omdat ze in het wild op levende dieren jagen. Daarom moeten ze vaak eerst leren om de dode haring zelf te eten. Dit proces gaat meestal in drie stappen:
Dwangvoeding – handvoeding – zelf eten
Water
De zeehonden die in Zeehondencentrum zelf vis uit het bad eten, hebben geen water nodig. Maar de dieren die minder voedsel krijgen, hebben wel een beetje extra vocht nodig.
Wist je dat…
Een zeehond geen water drinkt? Al het water dat zij nodig hebben, halen ze uit de vis die ze eten. En dat is maar goed ook: zeewater is veel te zout om op te drinken!
Omdat zeehonden dus niet uit zichzelf drinken, is het niet mogelijk om ze zelf water uit een bakje of fles te laten drinken. Daarom geven we het op dezelfde manier als de vispap: dwangvoeding met een buis en trechter.
Medicijnen
Het zal je niet verbazen dat de meeste zeehonden bij ons medicijnen nodig hebben om beter te worden. De dierenartsen besluiten na de intake wat voor medicijnen de zeehond nodig heeft. Tijdens het verblijf van de zeehond wordt constant in de gaten gehouden of het behandelplan bijgesteld moet worden. De dierenarts beslist ook wanneer de patiënt geen medicijnen meer nodig heeft.
Antibiotica
We geven de zeehonden alleen antibiotica als de dierenartsen vaststellen dat ze een bacteriële infectie hebben. De Nederlandse overheid heeft richtlijnen voor het verantwoord gebruiken van antibiotica. Als dieren (en mensen) te veel antibiotica gebruiken, kunnen ze namelijk resistent worden. Dit betekent dat de antibiotica minder goed gaan werken, en bacteriën dus niet meer doodgaan.
Orale medicatie
Orale medicatie zijn medicijnen die door de patiënt via de bek ingenomen moeten worden om te werken. We geven deze medicijnen altijd in het voedsel van de zeehond. Als ze vispap of water krijgen, vergruizen en vermengen we de pillen en dienen het toe via de trechter. Zeehonden die handvoeding krijgen of al zelf eten, krijgen hun pillen vaak in de vis.
Deze medicijnen kunnen allerlei werkingen hebben. Zoals:
- Pijnstillers voor dieren met verwondingen
- Antibiotica tegen bacteriële infecties
- Ontwormingsmiddelen tegen longworm
Plaatselijke medicatie
Plaatselijke medicijnen worden op de plek aangebracht waar ze hun werking moeten doen. Voorbeelden zijn:
- Bekspray voor wondjes of ontstekingen in de bek
- Zalf voor huidaandoeningen
- Oogdruppels
- Oordruppels
Injecties
Soms zijn er ook medicijnen die geïnjecteerd moeten worden. Dit wordt dan gedaan door een dierenarts, meestal in de oksel van de zeehond.